Het leven is als een treinreis.
Mensen stappen in en mensen stappen uit. Er zijn haltes met een gelukkig weerzien, en haltes met een droevig afscheid.
Als we geboren worden stappen we op de trein, en ontmoeten onze ouders, en denken dat ze de hele reis bij ons zullen blijven. De realiteit is echter anders. Ze stappen af op een station en laten ons achter in de trein, zonder hun gezelschap, liefde en genegenheid.
Maar er stappen andere mensen op. Mensen die voor ons heel belangrijk zullen zijn tijdens de verdere reis.
Het zijn onze broers en zussen, onze vrienden en al die andere mooie mensen die van ons houden.
Voor sommigen is de reis een leuke uitstap.
Voor anderen is het een droevige reis met zware bagage.
Nog anderen staan steeds klaar om te helpen.
Sommigen laten een grote heimwee achter.….
Anderen stappen in en onmiddelijk terug uit en geven ons enkel de tijd om hen vluchtig te kruisen.
Soms zijn we verrast dat bepaalde medereizigers waarvan we houden in een ander rijtuig gaan zitten en ons alleen laten reizen.
Natuurlijk houdt niemand ons tegen om hen in het ander rijtuig te gaan opzoeken.
Soms kunnen we echter niet naast hen gaan zitten, want die plaats is al ingenomen.
Dat is niet erg, zo is de reis nu eenmaal: vol dromen en verrassingen, vol ontmoeten en afscheid nemen, meevallers en ontgoochelingen….
Maar er is geen terugreis!
Laat ons de reis zo aangenaam mogelijk maken.
Laten we proberen onze reisgenoten te begrijpen, en laten we zoeken naar de mooiste kanten van elk van hen.
Weet dat er op elk moment van de reis een van onze reisgezellen ons begrip nodig kan hebben.
Ook wij kunnen op een bepaald moment nood hebben aan iemand die ons begrijpt.
Het grote mysterie van de reis is dat we niet weten wanneer we zullen moeten uitstappen.
We weten ook niet wanneer onze reisgezellen zullen uitstappen. Zelfs niet van degene die naast ons zit.
Ikzelf, ik denk dat ik heel droevig zal zijn als ik moet uitstappen. Ik ben er zelfs zeker van.
Het afscheid van alle mensen die ik ontmoet heb in de trein, hen achter laten zal pijnlijk zijn.
Maar ik ben er zeker van dat ik ooit zal aankomen op het Centraal Station, en dat ik hen daar zal terugzien, met veel meer bagage dan waarmee ze vertrokken zijn.
Ik zal gelukkig zijn dat ik hen meer bagage bezorgd heb.
Laat ons allemaal er een mooie reis van maken!
Laat ons ervoor zorgen dat we mooie herinneringen achterlaten op het moment dat we uitstappen.
Aan allen die in mijn trein zitten wens ik een goede reis!